De ontwikkelingen op het gebied van medische retina maken dit vakgebied interessant voor Sankha Amarakoon, oogarts bij het Maastricht UMC+. "Mensen met cystoid macula oedeem of maculadegeneratie kon je vroeger slechts beperkt helpen, maar nu zijn er wel meer behandelingen beschikbaar" Zijn uitdaging: hoe kan ik iemand optimaal behandelen?
Een academisch centrum heeft voor Amarakoon meerdere voordelen: onderzoeksmogelijkheden, toegankelijke diagnostiek (zoals indocyanine groen angiografie) en therapieën (zoals fotodynamische therapie) die in een algemeen ziekenhuis minder makkelijk zijn toe te passen. “En er komt een patiëntengroep, deels doorgestuurd door andere oogartsen, die niet reageert op standaardtherapie, waarvoor je een oplossing probeert te vinden. Juist die patiëntengroep maakt het werk zo leuk. Waarom werkt de standaardtherapie niet? Klopt de diagnose wel? Wat is zinvol? Zijn er nog andere mogelijkheden of moeten we stoppen?”
Nieuwe medicatie
Amarakoon merkt ook dat nieuwe ontwikkelingen, zoals nieuwe medicatie, makkelijker in een academisch centrum kunnen worden toegepast. “Bij algemene ziekenhuizen is men doorgaans iets terughoudender, zeker als er voor nieuwe behandelingen nog geen richtlijn of standpunt is bepaald. Ook zorgverzekeraars spelen hierbij een rol. Zorgverzekeraars benaderen veel dingen vanuit een beperkte kosteneffectiviteitsblik. Om een voorbeeld te geven: het ene middel wordt gemiddeld elke acht weken gebruikt, maar niet iedereen reageert daar goed op. Als er iets nieuws op de markt komt, wordt al snel gezegd dat het niet kosteneffectief is, terwijl je dit wilt inzetten bij de mensen bij wie het eerste middel niet werkt. Deze mensen vragen veel zorg en gaan eigenlijk alleen maar achteruit. Door alleen te kijken naar gemiddelde data laat je die groep mensen in de steek. De gemiddelde patiënt bestaat immers niet. Bovendien moet elk ziekenhuis weer met elke zorgverzekeraar gaan onderhandelen of een nieuwe behandeling wel of niet wordt vergoed. Daardoor kun je als arts niet altijd de zorg leveren die je wilt leveren.”
Regionale samenwerking
Een persoonlijk streven van Amarakoon is het verbeteren van regionale samenwerking. “Ik denk dat er een tussenvorm moet komen waarbij patiënten wel perifeer blijven, maar dat iemand academisch kan meedenken en -werken aan de behandeling in de periferie. Daar hoort ook het delen van diagnostische middelen bij. Patiënten worden het liefst door hun eigen oogarts gezien maar blijven nu vaker in de academie, terwijl dat niet nodig is. Door kennis en middelen te delen zijn veel meer patiënten beter af”, is zijn overtuiging. Een tweede stap is volgens Amarakoon het gezamenlijk opzetten van onderzoeken om de benodigde patiëntaantallen te krijgen en de regionale ruimte in de zorg beter te benutten. “Je gaat dan van niche-onderzoek naar therapiegerichte onderzoeken die de praktijk beter nabootsen. Ik wil bijvoorbeeld graag onderzoeken wanneer je kunt zeggen dat een bepaalde injectievloeistof heeft gefaald, zodat je sneller patiëntengroepen kunt identificeren die een andere behandeling nodig hebben. Dus naast startcriteria ook kijken naar stopcriteria. Op dit moment is daar onvoldoende wetenschappelijke basis voor. Nog een stap verder is dat er bij de start van een behandeling al kenmerken zijn te definiëren op basis waarvan je een behandelkeuze maakt.”
Oogheelkunde Maastricht
Focus van MUMC ligt op veel dingen zoals ook kwaliteit, maar het laatste jaar zijn we specifiek bezig met meer logistieke veranderingen. “We zijn bezig om de tweedeen derdelijnszorg intern te scheiden. Op het gebied van intravitreale behandelingen wordt de logistiek zo ingericht dat optimale behandeltermijnen voor de injecties, afgestemd op de individuele patiënt, mogelijk is. Hiervoor wordt het dedicated team dit jaar uitgebreid met twee extra oogartsen.” Amarakoon merkt dat de medische retina meer interesse krijgt van aios. “Dat is ook wel nodig, want het is een substantieel deel van onze patiënten dat het meeste wordt gezien op de poli. Medische retina is op onze afdeling groeiende. In het verleden werden patiënten nog naar buiten de regio verwezen voor medische retina vraagstukken. Daar wil ik verandering in brengen, onder andere door meer onderzoek te doen en samen te werken met andere academische centra, zoals Radboud UMC.”
"Ik denk dat er een tussenvorm moet komen waarbij patiënten wel perifeer blijven."
Sankha Amarakoon is in 2009, na zijn studie geneeskunde, gestart met onderzoek naar maculadegeneratiebij het Oogziekenhuis Rotterdam. Eind 2013 ging hij in opleiding tot oogarts. In 2018, aan het einde van zijn opleiding, twijfelde hij of hij nog een fellowship medische retina wilde doen. Hij besloot zich op dat moment te richten op de algemene oogheelkunde bij VieCuri. “Algemene oogheelkunde vind ik heel leuk, maar ik miste de passie.” Toen het Maastricht UMC+ op zijn pad kwam, vertelde hij over zijn grote wens om een fellowship medische retina te doen in Nijmegen. Gedurende een jaar combineerde hij twee dagen in Maastricht met twee dagen in Nijmegen. Dat bracht de bezieling in het vak weer terug. In september 2022 rondde hij zijn proefschrift over neovasculaire leeftijdsgebonden maculadegeneratie af. Sinds januari 2023 werkt Amarakoon fulltime als oogarts in Maastricht UMC+ met medische retina als aandachtsgebied.